Agenda

In navolging van eerdere seizoenen speelt het Nederlands Philharmonisch & Nederlands Kamerorkest in 2024-2025 nieuw werk van Vanessa Lann en Ramin Amin Tafreshi. In 2023-2024 stond er nieuwe werk van Peter-Jan Wagemans en Mathide Wantenaar op de lessenaars; in 2022-2023 speelden de orkesten nieuwe muziek van Bram Kortekaas, Meriç Artaç en Rick van Veldhuizen. Hiermee willen wij laten zien dat de kunstvorm springlevend is en nog lang niet in het museum thuishoort.

Seizoen 2024-2025

Ramin Amin Tafreshi

Ramin Amin Tafreshi

Ramin Amin Tafreshi (1992), is een Iraanse componist en pianist, gevestigd in Nederland. Confessions of the Mulberry Tree schreef hij in opdracht van het Nederlands Philharmonisch. Het is geïnspireerd door de laatste dichtbundel van Baktash Abtin (1974–2022). Abtin, een prijswinnende Iraanse dichter en filmmaker was een voorvechter voor vrijheid van expressie en vreedzaam verzet tegen censuur. Zijn strijd leidde tot zijn gevangenschap en uiteindelijk tot zijn tragische dood. De gedichten die hij tijdens zijn gevangenschap schreef, werden gepubliceerd in zijn eigen handschrift in het boek An Elegy for Withered Flowers (Zweden, 2024).

Geïnspireerd door Abtins gedichten reageert Amin Tafreshi op de politieke onderdrukking van kunst, literatuur en muziek in Iran en wereldwijd. Zijn werk resoneert met het Vioolconcert van Sjostakovitsj, dat werd gecomponeerd onder het totalitaire regime van Stalin. Om deze verbinding te benadrukken, gebruikt Amin Tafreshi dezelfde instrumentatie als het Vioolconcert van Sjostakovitsj. Terwijl Sjostakovitsj een muzikaal cryptogram (de Duitse notennamen van zijn initialen: D-Eb-C-B) gebruikte om zijn naam in de muziek te verwerken, integreert Amin Tafreshi het woord 'vrijheid' (F/F#-D-C#-E) in zijn muziek, verwijzend naar Abtins gedicht 'Ik was de schreeuw om vrijheid.'

De titel Confessions of the Mulberry Tree is ook geïnspireerd door een van Abtins gedichten, waarin hij de droevige schaduw van een moerbeiboom beschrijft die zich uitstrekt over de gevangenisbinnenplaats. De boom getuigt van het lijden en de wreedheid die onschuldige mensen wordt aangedaan, maar blijft stemloos. Met deze beeldtaal verandert het stuk de stille getuige van de boom in een krachtige stem van verzet door middel van muziek—een stem die spreekt voor degenen die het zwijgen werd opgelegd en de offers eert van alle mensen zoals Abtin, die vochten voor vrijheid, zelfs tegen de prijs van hun eigen leven.

Vanessa Lann

Vanessa Lann

De Amerikaans-Nederlandse componist Vanessa Lann (1968) noemt de bron van het geluid van het glasorgel ‘magisch onvindbaar’. De tonen beginnen niet met een attack, zoals het hamertje dat op een snaar valt in een piano, maar ontstaan. ‘Je weet niet waar de speler of de toon begint, het geluid bestaat om je heen, alsof er een hemelse bron is.’ Strijkinstrumenten hebben een vergelijkbaar vermogen om tonen uit het niets te laten beginnen.

In Night Passage , speciaal geschreven voor het Nederlands Kamerorkest en Rogier Kappers, laat Lann daarom de klank van de strijkers en van het glasorgel met elkaar samenvloeien tot een hypnotisch geheel. Het stuk klinkt als een overgang (‘passage’) van realiteit naar droomwereld. En weer terug. Om dat overgangsgevoel op te wekken trekt Lann alles uit de kast: van strijkers die extreem zacht hun snaren raken om boventonen te creëren, tot zelfs ‘hummende’ en op glazen spelende musici bínnen het orkest.

Night Passage is, in lijn met Lanns andere werk, opgebouwd uit steeds herhaalde patronen, waarbij wordt afgewisseld welke muzikale lijnen op de voorgrond staan, en welke op de achtergrond. De lage instrumenten spelen een herhaalde melodie die verwijst naar een muzikale baslijn die in de barok ‘passacaglia’ wordt genoemd. (Ook hier verwijst het woord ‘passage’ in de titel naar!) En de eerste violen herhalen een patroon dat weer speels verwijst naar de beroemdste nachtmuziek ooit geschreven: Eine kleine nachtmusik .

Seizoen 2023-2024

Mathilde Wantenaar

Mathilde Wantenaar

De componist Mathilde Wantenaar (1993) schreef het nieuwe werk Serenade in opdracht van het Nederlands Kamerorkest. Voor dit werk spiegelde Mathilde Wantenaar zich aan de twee Serenades van Antonín Dvořák. Alleen heeft ze de strijkers en blazers, die Dvořák nog apart inzette in zijn twee stukken, bij elkaar gebracht. Het is een werk in avondsfeer, zacht van klank en rustig, misschien hier en daar broeierig, maar toch fris en helder, net als bij Dvořák.

Mathilde Wantenaar slaat graag een brug naar het muzikale verleden, naar de Romantiek, Debussy of Bach. Niet voor niets won zij in december 2023 de Buma Classical Award, een oeuvreprijs voor een hedendaags klassieke componist die al lang actief is in de Nederlandse muzieksector, en nieuw gecomponeerde muziek onder de aandacht brengt van een groot publiek. Dat verbinden van heden en verleden, van Romantiek en heden, van hedendaagse muziek en luisteraars doet ze ook in haar sfeervolle Serenade.

Wantenaar werkte al eerder succesvol samen met het Nederlands Philharmonisch en het Nederlands Kamerorkest. Zo voerde het Nederlands Philharmonisch haar Prélude à une nuit américaine uit in 2021 in Het Concertgebouw, en speelden musici uit datzelfde orkest afgelopen maart haar Octet voor strijkers in de NedPhO-Koepel.

Peter-Jan Wagemans

Peter-Jan Wagemans

Peter-Jan Wagemans (1952) schreef zijn nieuwe compositie Venus’ Birth in opdracht van het Nederlands Philharmonisch. Het is de eerste keer dat het orkest een compositie zal uitvoeren van deze gerenommeerde Nederlandse componist. De opdracht was om een stuk te schrijven voor dezelfde bezetting als Brahms’ Vierde symfonie , met een knipoog naar het vierde deel waarin Brahms zich laat inspireren door een passacaglia van Bach (een dans in driekwartsmaat met een herhalende baslijn).

‘Ik wilde voorkomen dat mijn werk te academisch zou worden, dus ik wilde niet letterlijk een barokke/neoklassieke passacaglia gebruiken’, vertelt Peter-Jan Wagemans. ‘Maar ik wilde wel iets doen met het idee van zo’n slingerende baspartij die zich steeds herhaalt. Al experimenterend kwam ik op het idee om te beginnen met een zich steeds herhalend motief, zacht gefluister in de laagste strijkers. Alsof iemand steeds hetzelfde verhaal fluistert, zonder dat je het goed kan verstaan. Daarom keert het gefluister steeds op een andere toonhoogte terug, in de hoop dat je het dan wél snapt. Na verloop van tijd ontwikkelt zich een brede melodische lijn die steeds hoger gaat klinken, en opeens heb je het door: uit het gefluister stijgt een melodie op, net zoals de geboorte van Venus die uit een schelp tevoorschijn komt.’

Seizoen 2022-2023

Hoe is het om componist te zijn in deze tijd en je werk live in Het Concertgebouw te horen? Botte Jellema vraagt het in Klankcast aan Meriç Artaç, Bram Kortekaas en Rick van Veldhuizen, die alle drie een werk in opdracht van het Nederlands Philharmonisch & Nederlands Kamerorkest componeerden. Ze vertellen waar ze hun inspiratie vandaan haalden en laten een deel uit hun compositie horen.

Bram Kortekaas

Bram Kortekaas

In oktober 2022 ging de opdrachtcompositie Cosmic Cliffs van Bram Kortekaas (1989) in wereldpremière in TAQA Theater De Vest in Alkmaar en in Het Concertgebouw Amsterdam bij het Nederlands Kamerorkest o.l.v. Thomas Zehetmair.

Rick van Veldhuizen

Rick van Veldhuizen

In december 2022 ging de opdrachtcompositie Ausschweifungen van Rick van Veldhuizen (1994) in wereldpremière in TAQA Theater De Vest in Alkmaar, de Philharmonie Haarlem, Het Concertgebouw Amsterdam en TivoliVredenburg in Utrecht bij het Nederlands Kamerorkest o.l.v. Alejandro Cantalapiedra.

Meriç Artaç

Meriç Artaç

In februari 2023 ging het werk Overture to the Sun van Meriç Artaç (1990) in wereldpremière in Het Concertgebouw Amsterdam bij het Nederlands Kamerorkest o.l.v. Alejandro Cantalapiedra.

Mede mogelijk gemaakt door:

Fonds Podiumkunsten logo